“I am for an art that is political-erotical-mystical, that does something more than sit on its ass in a museum.” – Claes Oldenburg
Allereerst: mijn oprechte excuses! Het heeft een behoorlijke tijd geduurd tot hier eindelijk weer #ANARTWORKADAY verscheen. Vandaag is echter de dag waarop je hebt gewacht: een nieuw kunstwerk!
Dit object is voor mij a trip down memory lane. Vorig jaar omstreeks deze tijd werkte ik als conservator bij het Kröller-Müller Museum alwaar ik onderzoek deed naar het kunstwerk Trowel (1971-1976) van de Amerikaanse popart kunstenaar Claes Oldenburg (1929). Uiteindelijk ben ik een jaar intensief bezig geweest met het bestuderen van dit kunstwerk en ben ik er, gek genoeg want ik vind het niet perse mooi, gehecht aan geraakt. Ik mocht een tentoonstelling maken over dit werk én er een blog over schrijven (zie: Hoe de zilveren troffel blauw werd).
Trowel is in 1971 gemaakt door Oldenburg voor de tentoonstelling Sonsbeek ’71. Sonsbeek buiten de perken te Arnhem. Aanvankelijk kreeg het werk de naam ‘Sculptuur in de vorm van een troffel, in de grond gestoken’. Daar was niets aan gelogen. Het ruim elf meter hoge beeld stond met de onderste punt in de grond. De rest van de troffel stak boven de grond uit met een lichte kanteling. Oldenburg wilde op deze manier de dynamiek van de sculptuur benadrukken.
Het zilverkleurige beeld was destijds in uitvoeringskosten het duurste werk van de tentoonstelling. Om het werk toch te kunnen betalen en tentoon te stellen, besloot Stichting Sonsbeek samen te werken met het Kröller-Müller Museum. Toenmalig directeur Rudi Oxenaar (1925-2005) nam in samenspraak met Oldenburg het besluit om het werk na afloop van de tentoonstelling op te nemen in de collectie.
Daar werd het bij de T-splitsing naar de entree van het museum geplaatst, als eyecatcher. Het staat er vandaag de dag nog steeds maar in een andere kleur, namelijk blauw.
In 1976 is het gehele werk namelijk opnieuw gemaakt doordat er constante beschadigingen waren. In 1975 schreef Oxenaar aan Oldenburg dat het werk door de blijvende slechte conditie geverfd moest worden (dit was in de jaren daarvoor ook al een aantal keer gebeurd). Blijkbaar wilde Oldenburg het werk in een andere kleur laten uitvoeren.
Uit dezelfde brief blijkt ook dat er over een meer opvallende kleur werd gesproken: “[…]However, the technical problems are such that the piece has to be painted and it would then indeed be more honest to let it look painted. Red could make it look very aggressive; is another colour feasible in your philosophy?”
Uiteindelijk heeft Oldenburg voor een blauwtint gekozen. Op zijn website noemt hij als een van de redenen voor deze kleur dat het de functie van het werk bevestigt: het verwijst direct naar de kleding (de overalls) van de werklieden die de troffels gebruiken. Ook valt een blauwe troffel meteen op in het landschap.
Claes Oldenburg’s werk Trowel maakt deel uit van de popart beweging. Een stroming in de jaren 1950-’60 die zich voornamelijk richtte (en liet inspireren door) de populaire cultuur. Thema’s van popart zijn bijvoorbeeld ontleend aan stripverhalen, reclame, muziek, televisie en tijdschriften. Oldenburg maakte een vertaalslag naar het maken van alledaagse, banale objecten. Herkenbaar voor iedereen.
3 Comments
Het is een leuk kunststuk. Een troffel in een landschap valt op omdat het een bijzonderheid is, niet omdat het perse mooi is. Maar smaken verschillen…gelukkig. Dat de troffel is gaan roesten is het gevolg van onwetendheid met betrekking tot conserveren. Een deskundige kan goede raad geven.
Ik vind het een leuke en dynamische sculptuur.
Dank je wel Pien!